suppoost
In het Stedelijk Museum van Amsterdam werkt een fijne suppoost. Keurig in blauwe broek en blauw overhemd maakt hij van zijn taak een subtiele performance. Hij wekt de indruk dat het Stedelijk door hemzelf is ingericht, alsof hij de werken bij elkaar zocht. Ik geloof graag dat hij, pal voor de opening van de tijdelijke behuizing, de garderobebalie in elkaar schroefde en de meters gordijnrail monteerde. Dankzij hem is het Stedelijk open.
Op de tentoonstelling van Gemeente Aankopen 2008 is een werk te zien dat in een speciale zaal is opgesteld. Op de toegangsklapdeuren staat een waarschuwing dat kinderen onder de twaalf niet zonder begeleiding binnen mogen. Er klinkt zacht knetteren achter de deuren van bordkarton. Door een kier schat ik de situatie in. Ik zie een grijs hek als in Artis waarachter het przewalskipaard zijn leven heeft gesleten. Maar in plaats van het uitgedoofde dier, dat na zijn dood niet is vervangen, tref ik in de zaal een om zijn as zwenkende geluidsbox aan. Het ding reageert op aanwezigen die zich in de buurt van het hek wagen. Het knettert, het zoekt toenadering, draait rondjes om zijn as, drentelt onrustig in mijn buurt met zijn vierkante kop van polyester waar kortsluiting uit klinkt.
Alleen in Berlijn zag ik eerder suppoosten die zich niet stierlijk verveelden. Daar stappen ze opgetogen door de zalen alsof de vaste tentoonstelling juist die ochtend is ingericht en louter hun lievelingskunstwerken bevat. Elders heb ik menig suppoost betrapt op het doden van de tijd. Ze deden me geloven dat hun werk geen inhoud had.
Bij het grijze hek staat de suppoost, zijn blauwe overhemd bolt op boven de bandplooibroek die hij aan het beest lijkt te willen voeren. Bang is hij niet, hij kent het kunstwerk al weken. Het ding begint zijn geduld te verliezen en vervaarlijk om zijn as te zwenken, voert tempo en volume op. De suppoost doet een stapje terug en grijnst breed terwijl het apparaat zijn razernij botviert.
Een paar weken later bekeek ik de zalen met werk uit de museumcollectie. De suppoost liep voorbij met achter zich aan een rode stofzuiger op wieltjes. Hij trok het gevaarte mee aan de slurf en wist dat het mooi was; de gang van de stofzuiger langs de werken.